Inmiddels ben ik al een heel eind gevorderd met de stamboom van onze familie. We hadden minder vertrouwen moeten hebben in iemand die de stamboom al klaar had en allerlei verkeerde dingen erin had staan. De achternaam blijft heel precies altijd hetzelfde, maar deze man had een op onze naam gelijkende familie aan de onze gekoppeld!
Maar wat je niet weet als amateur genealoog is dat de achternaam niet altijd wordt gebruikt en dat in de Achterhoek de naam veeleer gekoppeld is aan een plek.
Om precies te zijn stammen we uit de Graafschap Zutphen. Al vanaf de 17e eeuw. De oorsprong van onze familie ligt in Hengelo (Gld) en dan schuift het op naar Ruurlo. Van daar naar Neede. Dan komt Laren en Lochem en eindigt in Zutphen en Warnsveld.
Geen stamboom van grote mensen, ja, groots omdat ze altijd hebben gezwoegend en gesappeld. Hard werken op de höfte (hoeve) of als dagloner, wonend in een hutte. Al die kindersterfte!
Nu gaat het om de laatste namen. Als opa denk ik ineens aan het doorgeven aan leven.
De stamreeks is een reeks van mensen die al vrijend precies deze naam aan jou doorgegeven hebben. Want meer is het niet. Biologisch hebben we waarschijnlijk helemaal niets met die oervaders en -moeders, maar we dragen wel hun naam, doorgegeven van geslacht op geslacht.
Hoewel ik mij vooral een wereldburger vind en gelovig gezien mezelf eerder als vreemdeling en bijwoner ervaar, vind ik die stamboom toch interessant. Zo en alleen zo wordt leven doorgegeven. Ik zal nu met heel andere ogen kijken naar dit gebied, deel van het Ludgerpad.
De tijd dat de stamvaders en moeders verbleven in Hengelo en Ruurlo is mooi poëtisch beschreven door Kerst Zwart, een onderwijzer in Ruurlo.
De tijd erna kunnen we mooi lezen in Oud Achterhoeksch Boerenleven van meester Heuvel, onderwijzer in Borculo, maar afkomstig uit Laren (Gld). Dat zijn wel weer leuke dingen.
Door vriendin M. besef ik des te meer: in dit gebied hoor ik, hier kom ik vandaan.
Ik had het niet gedacht. Wel mooi dat ik in de oude Willibrordkerk in Ruurlo ben voorgegaan en ook meerdere keren in de Remigiuskerk in Hengelo. Niet wetend dat mijn familie er ooit is gedoopt en daar ter kerke ging! Hengelo is al erg oud. De vroegste vermelding is al in de 10e eeuw. Het land behoort dan toe aan een klooster in Keulen.
Mijn dochter zal het leuk vinden dat Hengelo van oudsher bekend staat om z'n paarden. Ze is al van kindaf aan paardengek!
Ik vind de katholiek Hengeloërs leuk volk, de protestanten ken ik minder goed. Ruurlo is favoriet bij M. en mij vanwege het wandelen. Mooi gebied.
Nu zie ik als het ware mijn voorouders er met een boerenkar. Ploegend en oogstend. Ze moeten de kroezeboom in Ruurlo (al zo'n 400 jaar oud) gekend hebben en zeker het kasteel.
We mogen ons zelfs in Hamaland wanen, zo heette het hier lang geleden.
Maar in ieder geval hebben we Saksisch bloed in ons. Dat spreekt me wel aan.
We vereerden eiken, iepen, linden. We vereerden bronnen.
We waren een soort federale democratie. Ik mag dat wel.
Voor de geletterden van hier tot aan de Weser werd in de 9e eeuw de Heliand, een Evangelieharmonie, geschreven in een taal die hier nog steeds in allerlei varianten hier gesproken wordt.
Meester Heuvel gelooft dat de Graafschapper ook wel mystiek is aangelegd. Hijzelf was er druk mee bezig. Ik begrijp van iemand die over Heuvel schreef dat hij een christelijke natuurmystiek had ontwikkeld. Dat klinkt mooi. Ik ken de Achterhoekers niet als mystici. Het zijn nuchtere werkers. Niet teveel denken. Daar hadden ze al die eeuwen ook geen tijd voor. Hun geloof was op zondag naar de kerk gaan, even eruit. Alle nieuws aanhoren na de dienst en dan weer aan de slag. Doe maar niet te diepgravend, te mystiek. Ze zullen je aankijken en zeggen: joa, joa. Dat zoiets betekent als: 't zal wel.
Maar bomen worden hier nog steeds vereerd. Of moet ik zeggen geëerd? Ik noemde al de Reurlse Kroezeboom, dan de Dikke Boom bij Verwolde, de Koningslinde en de Reuzeneik in Vorden. Ik schreef eind 2010 over de lievelingsbomen. Kennelijk leeft ook in mij en mijn kinderen die Saksische verering van bomen nog. Om mijn voorouders te eren, vanwege de stamboom, heb ik een boom geadopteerd via Natuurmonumenten.
Laten we het dan ook maar Saksisch houden!
Maar wat je niet weet als amateur genealoog is dat de achternaam niet altijd wordt gebruikt en dat in de Achterhoek de naam veeleer gekoppeld is aan een plek.
Om precies te zijn stammen we uit de Graafschap Zutphen. Al vanaf de 17e eeuw. De oorsprong van onze familie ligt in Hengelo (Gld) en dan schuift het op naar Ruurlo. Van daar naar Neede. Dan komt Laren en Lochem en eindigt in Zutphen en Warnsveld.
Geen stamboom van grote mensen, ja, groots omdat ze altijd hebben gezwoegend en gesappeld. Hard werken op de höfte (hoeve) of als dagloner, wonend in een hutte. Al die kindersterfte!
Nu gaat het om de laatste namen. Als opa denk ik ineens aan het doorgeven aan leven.
De stamreeks is een reeks van mensen die al vrijend precies deze naam aan jou doorgegeven hebben. Want meer is het niet. Biologisch hebben we waarschijnlijk helemaal niets met die oervaders en -moeders, maar we dragen wel hun naam, doorgegeven van geslacht op geslacht.
Hoewel ik mij vooral een wereldburger vind en gelovig gezien mezelf eerder als vreemdeling en bijwoner ervaar, vind ik die stamboom toch interessant. Zo en alleen zo wordt leven doorgegeven. Ik zal nu met heel andere ogen kijken naar dit gebied, deel van het Ludgerpad.
De tijd dat de stamvaders en moeders verbleven in Hengelo en Ruurlo is mooi poëtisch beschreven door Kerst Zwart, een onderwijzer in Ruurlo.
De tijd erna kunnen we mooi lezen in Oud Achterhoeksch Boerenleven van meester Heuvel, onderwijzer in Borculo, maar afkomstig uit Laren (Gld). Dat zijn wel weer leuke dingen.
Door vriendin M. besef ik des te meer: in dit gebied hoor ik, hier kom ik vandaan.
Ik had het niet gedacht. Wel mooi dat ik in de oude Willibrordkerk in Ruurlo ben voorgegaan en ook meerdere keren in de Remigiuskerk in Hengelo. Niet wetend dat mijn familie er ooit is gedoopt en daar ter kerke ging! Hengelo is al erg oud. De vroegste vermelding is al in de 10e eeuw. Het land behoort dan toe aan een klooster in Keulen.
Mijn dochter zal het leuk vinden dat Hengelo van oudsher bekend staat om z'n paarden. Ze is al van kindaf aan paardengek!
Ik vind de katholiek Hengeloërs leuk volk, de protestanten ken ik minder goed. Ruurlo is favoriet bij M. en mij vanwege het wandelen. Mooi gebied.
Nu zie ik als het ware mijn voorouders er met een boerenkar. Ploegend en oogstend. Ze moeten de kroezeboom in Ruurlo (al zo'n 400 jaar oud) gekend hebben en zeker het kasteel.
We mogen ons zelfs in Hamaland wanen, zo heette het hier lang geleden.
Maar in ieder geval hebben we Saksisch bloed in ons. Dat spreekt me wel aan.
We vereerden eiken, iepen, linden. We vereerden bronnen.
We waren een soort federale democratie. Ik mag dat wel.
Voor de geletterden van hier tot aan de Weser werd in de 9e eeuw de Heliand, een Evangelieharmonie, geschreven in een taal die hier nog steeds in allerlei varianten hier gesproken wordt.
Meester Heuvel gelooft dat de Graafschapper ook wel mystiek is aangelegd. Hijzelf was er druk mee bezig. Ik begrijp van iemand die over Heuvel schreef dat hij een christelijke natuurmystiek had ontwikkeld. Dat klinkt mooi. Ik ken de Achterhoekers niet als mystici. Het zijn nuchtere werkers. Niet teveel denken. Daar hadden ze al die eeuwen ook geen tijd voor. Hun geloof was op zondag naar de kerk gaan, even eruit. Alle nieuws aanhoren na de dienst en dan weer aan de slag. Doe maar niet te diepgravend, te mystiek. Ze zullen je aankijken en zeggen: joa, joa. Dat zoiets betekent als: 't zal wel.
Maar bomen worden hier nog steeds vereerd. Of moet ik zeggen geëerd? Ik noemde al de Reurlse Kroezeboom, dan de Dikke Boom bij Verwolde, de Koningslinde en de Reuzeneik in Vorden. Ik schreef eind 2010 over de lievelingsbomen. Kennelijk leeft ook in mij en mijn kinderen die Saksische verering van bomen nog. Om mijn voorouders te eren, vanwege de stamboom, heb ik een boom geadopteerd via Natuurmonumenten.
Laten we het dan ook maar Saksisch houden!