dinsdag 29 maart 2011

Monument

De onthulling van het monument ter herinnering aan de slachtoffers van de V1 op 28 maart 1945 voor het geboortehuis van mijn vader in Warnsveld.


Gisteren was het de sterfdag van mijn vader. Hij is in 1962 overleden. Lang geleden dus. Maar de bijeenkomst in Warnsveld brengt het gebeuren van toen weer naderbij. In Warnsveld bij het geboortehuis van mijn vader kwam op 28 maart 1945 een V1 neer. Het wijkje, 'De Molenbult' geheten, werd vernietigd en er vielen 12 doden te betreuren. Het geboortehuis van mijn vader is blijven staan, zwaar gehavend. Er is nog een foto van.

Er werd gisteren voor dit huis een monument onthuld ter herinnering aan dit gebeuren. Er waren veel mensen. Heerlijk die dorpse activiteiten! Voorafgaande aan de onthulling was er een bijeenkomst in de nabijgelegen Martinuskerk. Toen ik de kerk verliet en stond te wachten om met alle mensen naar het monument te gaan werd ik aangesproken door een vrouw. Ik dacht gelijk aan mijn ontmoeting met de jongste zus van vader in Grave jaren geleden. Net als toen riep het gezicht een diepe herinnering op aan oma...het bleek nu mijn nichtje Willy te zijn!


Het laatst had ik haar ontmoet in 1981 bij de begrafenis van opa! Vroeger als ik bij oma was, was zij en haar zus er vaak ook. Het was gezellig met ze. Ik tekende voor ze. We keken er samen televisie. Door allerlei verwikkelingen in de familie hebben we elkaar uit het oog verloren. Maar gisteren werd zo een bijzondere dag. We vertelden elkaar over vroeger. Ik vertelde haar onder andere over mijn vader en dat het zijn sterfdag was. Dat maakte het wel heel bijzonder, want we stonden te praten voor zijn geboortehuis!

Het huis waar ik Willy nog als klein meisje meemaakte. Het huisje is nu dubbel zo groot. We vulden elkaar aan in het ophalen van herinneringen aan het huisje. Waar de voordeur toen zat, waar de poort was, waar de notenboom stond en de bank, de waterpomp. Om het huisje was na de oorlog alleen nog tuin en bouwland. Nu staat het in een woonwijk bij de molen. Het wordt ook het molenhuisje genoemd, al staat het molenhuis dat echt bij de molen hoort verderop.

We hebben natuurlijk adressen uitgewisseld. We wonen allebei in dezelfde stad en het is vast wel goed om nog eens terug te kijken en verhalen uit te wisselen. Want wat weet je toch weinig als kind. Je wordt maar zo meegesleurd in het levensverhaal van volwassenen. Hun ruzies en onenigheden krijg je als kind zomaar op je dak. Toch mooi om nu aan elkaar te kunnen vertellen, na 30 jaar!, dat alles goed is. Ook zij heeft kinderen en kleinkinderen. Ze is eigenlijk nog steeds zo aardig als vroeger. Voor het huis van opa en oma, het geboortehuis van haar moeder en mijn vader, een kleine familiereünie! Wij vonden het fijn in dit huisje!


Na ons gesprek ben ik nog naar de bijeenkomst van genodigden geweest en heb iemand gesproken die de situatie van toen goed heeft gekend. Klaas W. was toen 18 jaar en kon zich alles goed herinneren. Mijn Tante herinnerde zich deze jongen nog als 'de sterrekijker' omdat hij een bril droeg met dikke glazen. Hij kwam voor de oorlog al bij opa om contributie op te halen. Opa was lid van de PvdA, net als zijn familie. Klaas vond opa een man om respect voor te hebben. Opa werkte bij het spoor en als hij naar huis reed op de fiets dan ging je als jongen wel voor hem aan de kant! Opa had een eigen huis en heeft zich inderdaad opgewerkt vanuit de zwaksociale wijk in de stad waar hij was opgegroeid. Ik kon nu ook wel snappen dat hij in het dorp 'de Baron' werd genoemd!

Ach, ik vernam allerlei treurige familiegeschiedenissen, naast die van mezelf en van Willy, mijn nicht.
Wat is het leven toch een eigenaardig gebeuren...inderdaad het gebeurt je.
En wil je er dan JA! tegen zeggen?
De woorden van een lievelingslied schieten mij te binnen:

Wie als een god wil leven hier op aarde,
hij moet de weg van alle zaad....

In het 4e couplet:

De mensen moeten sterven voor elkander,
het kleinste zaad wordt levend brood,
zo voedt de een de ander...
en zo is het!