zondag 3 april 2011

Pink Floyd


Een paar blogs terug vertel ik dat de theoloog Küng muziek een goddelijke ervaring vindt. De leesgroep vond dat een mooi stuk om te lezen. Küng haalt de woorden aan die ik ook vaak gebruik: In God zijn wij, leven wij en hebben wij ons bestaan. Hij noemde een muziekstuk van Mozart.
Ik vroeg me af of Pink Floyd dezelfde ervaring kon bieden. Mijn gespreksgenoten beaamden dat toen.

In mijn jongelingsjaren was ik als hippie gek op urenlang Neil Young, Pink Floyd of Leonard Cohen draaien. Maar ook Hair, Easy Rider en Jesus Christ Superstar behoorden hiertoe. In die tijd kende ik de klassieke muziek nog niet zo. Hooguit de negende symfonie van Beethoven (Alle Menschen werden Brüder...) en wat andere light classics, die ik ben gaan waarderen (door Mantovani, denk ik).

Gisteren heb ik de proef op de som genomen. Eerst kocht ik in de stad op aanraden van mijn zoon Pink Floyd's 'The Final Cut' en ben daarna aan één stuk door gaan luisteren naar 'Atom Heart Mother', 'Dark Side of the Moon' en mijn laatste aanwinst dus, die door Roger Waters' stem heel toegankelijk is.

Het leek eerst wel een terugkeer naar mijn Amsterdamse jaren, waar ik nu dankbaar op terugkijk, maar toen doorweven was van een gevoel van noodlot -waar je ook lekker in zwijmelen kunt- of heet het Weltschmerz? Wat is deze muziek bepalend geweest voor mijn kijk op de wereld! Vooral de tragiek, daar heb ik een zwak voor, zeker als er ook iets komisch aan is! Wat een merkwaardige mix. Mijn geloof is muzikaal gezien een mix van Hair en Jesus Christ Superstar. In die LP's vond het leven dat ik wilde leven uitdrukking, net als in Easy Rider (Flow river, flow...!)

Ik weet eigenlijk niet goed hoe zich dat heeft verhouden tot mijn keuze om katholiek te worden. Of heeft ieder mens gescheiden circuits in zijn hoofd? Dat is volgens mij niet het geval. Ik heb een bevrijdend soort katholicisme meegemaakt en waar ik qua muziek uit leefde paste daar geweldig goed bij. Ik zie de rode draden wel. Ik zie ook wel dat ik net als ieder ander zo mijn eigen geloof in elkaar knutsel. De anthropoloog Claude Levi-Strauss beweerde dat je 'ingenieurs' en 'bricoleurs' hebt qua religie en ik hoor wel bij de bricoleurs, de knutselaars. Toch leverde het mijns inziens wel een consistent geheel op dat mij in staat stelde, om wat ik innerlijk al ervaarde, gestalte te geven in mijn leven.

Maar goed voorbij alle herinneringen, verzonk ik in de muziek als toen...zoals ik me later ook kon verliezen in Monteverdi's 'Mariaverspers', Vivaldi, Händel en Mahler. Eén en al herkenning...de volgorde van de nummers kende ik nog feilloos en zong weer mee en maakte weer dezelfde foutjes. Als ik de tekst erbij pak zie ik hoezeer ik de neiging heb een tekst religieus te verstaan, zelfs als er geen enkele aanleiding toe is.
Overigens bemerkte ik dat ik toen al luisterde zoals ik later Bach-Cantates beluister: gewoon alles achter elkaar! Ik zag nu pas dat iets eigenlijk uit drie nummers bestaat, maar ik beluisterde het als één geheel! Zo beleefde ik 'The gig in the sky' als iets heel kosmisch en omvattends. Alsof het gaat om een kosmische giechel, waarbij je luid kun meezingen (-schreeuwen?) met Clare Torry. Ik herinner me dat ik toen zeker dronk én rookte, maar merk nu dat ik geheel sober het nog veel intenser ervaar. Waarschijnlijk betekent de titel niet meer dan 'Een blik in de lucht', maar kennelijk door Hair werd het meer en hoorde ik in gig ook de giggle. Net als toen is de muziek orgastisch, het gaat van hoogtepunt naar hoogtepunt. Zelfs nu denk ik dat deze muziek zo bevredigend was dat ik geen drugs nodig had, op de alcohol na dan.

Het vervloeien met klassieke muziek is eigenlijk niet veel anders. Ik heb de neiging te veronderstellen dat het dieper gaat, maar dat is vast niet zo. In Pink Floyd incarneer je veel steviger, daar zit je met je hele lijf in. Juist dat is wellicht dieper! Moet muziek je doen overstijgen of moet je er mee samenvallen met alles wat je bent? Er is voor allebei iets te zeggen. Ik ken beide ervaringen. Zo zweef je de hemel in bij het Gloria Patri uit Monteverdi's Magnificat in de 'Mariavespers' of bij 'Himmelskönig sei willkommen' van Bach, maar je bent helemaal wat je bent, vlees en bloed, bij 'Le Sacre du Printemps' van Stravinsky.

Maar je incarneert volledig bij de muziek die ik hier noem en die ik uren achter elkaar kan draaien zonder dat het verveelt. Het krijgt een mantrisch, trance-achtig karakter. Het geeft ook een bepaald soort gevoel van Intimiteit. Je kunt zelfs vervloeien met iemands stem, met bepaalde tonen die je diep raken, een bepaald instrument.
Het is niet voor niets dat Tolkien de schepping laat voortkomen uit muziek. Ik denk ook aan dat prachtige 'Ode for St Cecilia's Day' van Handel: From harmony, from heav'nly harmony...
Pink Floyd heeft mij eerder iets transcendents bijgebracht,
wat tegelijkertijd heel immanent is.
Het hier en nu.
Alles uit één stuk,
wat het ook is!