zaterdag 23 april 2011

Bomen

De laatste weken zijn vol van het thema bomen. Bij de vergadering van de Academie voor Praktische mystiek werd ter inleiding gevraagd wat voor ons de twee massieve beuken symboliseren waar we onder zaten vanwege het mooie weer. Er staat een prachtige rode en een groene beuk. Ik heb meer met eiken en lindebomen, maar deze bomen zijn een weldaad voor mij. Ik ervaar ze als beschermend en krachtig.

Het past goed bij het stamboomonderzoek. Onze oudste stamvader heet Teunis op den Oldenboom. De stamsate bevindt zich als ik het goed heb in buurschap (de) Haar, net onder Ruurlo. We zijn dan aan het begin van de 17e eeuw. Verder terug is haast niet mogelijk. We wortelen vast in deze streek. Eeuwenlang wordt er gewoond en getrouwd tussen Hengelo en Ruurlo. Je kunt de bewegingen goed nagaan op de kaart van 1741. Ervoor is moeilijk. De streek was vrijwel ontvolkt door oorlogen en de pest. Daarbij ook nog een hoog percentage kindersterfte.

Kroezeboom uit 1651 te Ruurlo.
Oldenboom. Ik vind het een mooie naam. Ik denk er iets Saksisch bij. Kerst Zwart, de Reurlse schrijver, zegt van het bosje Oldengod dat de naam teruggaat op een Saksisch Heiligdom. Meester Heuvel zegt van het nabijgelegen buurschap Linde dat deze boom er werd vereerd. Dan kan het haast niet anders dan dat Oldenboom ook teruggaat op een plek waar een boom vereerd werd. Er worden in Ruurlo ook nog steeds twee bomen vereerd, in het bijzonder de Kroezeboom. In Vorden ook twee. Er staat ook een prachtige boom op het Landgoed Den Bramel. Nee, de bomenverering is niet voorbij! Ik vind het mooi dat de oudste stamvader Op den Oldenboom heet en dat mijn jongste kleinzoon ook een bomennaam heeft: Heerser van het Bos. En dan ook nog een kleindochter vernoemd naar de boom van de Liefde: Linde!

Zomereik in Vorden
In deze Goede Week denk ik natuurlijk aan de Boom des Levens. Het Kruis. Een boom die laat zien, zoals alle bomen in de lente, dat de dood transformeert in nieuw leven. Je mag steeds je oude ik (die toch nooit voldoet) kruisigen op die Boom die leven brengt. In mijn kamer heb ik omringd met palmtakjes het Kruis staan uit de San Clemente. Mijn lievelingskerk in Rome. Een prachtig kruis met symboliek van de levensboom en erop duifjes die de apostelen symboliseren. Onder deze absis heb ik vlak na mijn wijding mogen concelebreren aan dit aloude altaar.


Op het dieptepunt van mijn leven ging ik vanwege een suggestie van Bhagwan Shree Rajneesh op zoek naar een boom om bij te verwijlen wanneer het leek dat ik niet verder kon. Net als Sint Bernardus leerde ik van bomen dat je gewoon ondanks alles doorgroeit. Ik vond het toeven bij mijn Tranenboom heel troostrijk en het gaf me kracht om door te gaan. Dat je na een schijnbare dode periode weer begint uit te botten, gaat groenen en weer tot bloei kan komen. Bomen staan elkaar niet in de weg. Altijd weer zal iedere boom met zijn takken groeien naar het licht. Zo vond ik ook weer mijn plek, kon ik wortelen, en mijn weg naar de zon weer vinden. Je hoeft er eigenlijk niets voor te doen... 


Het is toch haast onvoorstelbaar dat uit zoiets kleins als een kastanje zo'n magistrale kastanjeboom kan groeien. Ik heb haast net zo'n ontzag voor bomen als Tolkien aan de dag legt in zijn 'Lord of the Rings'. Als Elessar (zowel mijn zoon en mijn kleinzoon dragen deze naam!) weer zijn Koningschap aanvaardt dan bloeit weer de Witte Boom. Ook zo'n prachtig Germaans motief in zijn werk. 

Kruis als Levensboom,  Handschrift uit Regensburg 1170. 

Maar terug naar de Boom des Levens. Door de nadruk op solidariteit met de lijdende medemens (wat óók goed is!) op Goede Vrijdag is de focus op het lijden van Christus, de Godmens, verdwenen. Door deze toch wat horizontale ontwikkeling, krijgen we mijns inziens geen zicht meer op het Mysterie van Lijden en Dood. Zien we ook niet meer het kosmische gebeuren dat daar toen plaatsvond. Daarom hoor je nooit meer die mooie hymnen die bij Goede Vrijdag horen. Zoals die mooie hymne die niet meer mag omdat het zo antisemitisch kan klinken: Popule meus, quid feci tibi? Mijn volk, wat heb ik u gedaan?...de klacht van Christus die na al het Goede nu dit moet ondergaan. Er staan mooie oude Griekse aanroepingen in: Hagios athánatos, eleïson himas, Heilige Onsterfelijke, ontferm u over ons!

De andere mooie hymne is 'Crux fidélis':

     Kruis van het geloof, van alle bomen edelste alleen;
     nimmer bracht een woud gelijke voort
                                                  in bloesem, loof of vrucht;
     lieflijk hout met nagels lieflijk, beurend liefelijk gewicht.

en dan wordt het hout toegezongen:

     Neig uw takken, hoge boomstam,
     maak uw vezels minder hard,
     en maak minder straf die stugheid
     welke u de afkomst gaf,
     en de leden van 's hemels Koning
     span ze uit op zachte stam.

De tederheid die daar uitspreekt doet me wat. Ik zie er wel een heel diep mededogen in. In mijn hoofd vermengen zich de verhalen van Adam, de stamvader aller mensen met die van de nieuwe Adam, bode van de nieuwe schepping, die wij wellicht moeten herontdekken. Het zou toch een ander levensperspectief mogen opleveren en een andere levensstijl. Een ja op deze schepping en op Gods Werkelijkheid die haar doordringt.

Deze week ontdekte ik via een blog de 'Keltische' zangeres Loreena McKennitt. Ik vind het een goed teken als mijn CD-winkel de CD heeft staan, zodat ik het meteen kan aanschaffen. Het ging me om het nummer 'The dark night of the soul', naar een gedicht van Sint Jan van het Kruis. Er staan meer mooie nummers op en ik vind het geen toeval als ik het nummer 'CÉ HÉ MISE LE ULAINGT? beluister. Het is een gedicht van W.B.Yeats, een mooi slot voor dit blog:

            Beloved, gaze in thine own heart
              The holy tree is growing there
            From joy the holy branches start
          And all the trembling flowers they bear.


Beloved, gaze in thine own heart,
the holy tree is growing there.....