maandag 6 juni 2011

Cassianus


Inmiddels volg ik inmiddels al zo'n zeven jaar de Schola Contemplationis in een cisterciënzerklooster niet ver bij mij vandaan. Inmiddels zijn we aangeland bij Collatio 21 van de oude Westerse monnikenvader Cassianus. Sint Benedictus noemt hem in zijn Regel als één van de basisteksten voor het monnikenleven. Ik ben de schola gaan volgen omdat ik Cassianus een basistekst vind voor de West-Europese beschaving. Zijn invloed is groot tot ver in de Middeleeuwen. Op deze manier houd ik ook het latijn een beetje bij en momenteel ook het Engels. Het is interessante kost.


In de loop der maanden heeft zich een verschuiving in de deelnemers aan de groep voor gedaan. De hoofdmoot is 50+ en we tellen nog één deelneemster. Ik meen dat het Tauler was die zei dat je pas na die leeftijd belangstelling krijgt voor mystieke teksten en dat je vaak dan pas door je levenservaring de vruchten plukt van dergelijke literatuur. Het is in ieder geval zinvol je te confronteren met dergelijke teksten om je eigen standpunt in dezen duidelijk te krijgen.

De Collatio die we nu bespraken ging over tienden en eerstelingen. Toen een gehuwde jongeman Theonas bij het klooster zijn tienden kwam afleveren wilde hij wel graag intreden, maar zijn echtgenote wilde dat niet. Opvallend hoezeer zij wordt gerespecteerd, maar Theonas wil leven uit de genade van het evangelische leven. De Heer zegt zelf dat wie vader, moeder, vrouw etc. verlaat, dit 100 voudig terug zal ontvangen èn het eeuwig leven. Kort na zijn intrede ziet men hoe geweldig deze man zich ontwikkelde.
Huwelijk en bezit achterlatende ontwikkelt hij zich tot een volmaakte monnik. In deze collatie geeft hij een referaat over het leven onder de wet en onder de genade van het Evangelie.
Leven onder de wet is al bewonderenswaardig, maar leven naar de waarden uit het Evangelie gaat verder. Daar gaat het om het focussen op de Liefde. Hoe meer je los durft laten in je leven hoe meer je 's Heren vrijheid  gaat ervaren. Uiteindelijk gaat het in het monastieke leven om liefde en vrijheid.
Je relaties en bezit opgeven, die je onder de wet houden, omwille van het Evangelisch leven schenkt een leven vol licht, liefde en vrijheid. Het gaat niet meer om regels, al lijkt dat wel zo.

Interessant oude gebruiken verklaard te zien worden. Zo is vasten een tiende van het jaar die je aan de Heer schenkt. Daarom schenk je geen 40 dagen maar 36,5 dagen. Het gebruik ontstond na de Apostolische tijd toen onthouding en boete verslapten. De monniken zorgden voor een opleving ervan.
Verder het gebruik in de vieringen te gaan staan, omdat de Heer opgestaan is. Daarom schenk je na de nacht als je opstaat eerst God de tienden en de eerstelingen van de dag. Zo wijd je je dag en jezelf helemaal aan God en maakt je waakzaam. Groeit er mindfullness in je, zou je nu zeggen.

Mooi is ook wat hij laat zien rond de lex talionis: 'Oog om oog, tand om tand' uit de Hebreeuwse Bijbel. Dat was al een correctie op ongebreidelde wraakneming en woede. Maar Christus leert ons de andere wang toe te keren, de vijand te beminnen en voor hen te bidden. Dat is leven uit genade en dat rekent Theonas (ic Cassianus) tot het leven van de volmaakten.
Verrassend de nadruk te zien op doen, op de praktikè, en dat Theonas niets op heeft met discussies en rationalisaties. Bij deze woorden licht ineens op dat Cassianus de leer heeft uitgewerkt van de later veroordeelde Evagrius en Origenes. Langs de monastieke lijn is deze mystiek toch binnenkerkelijk gebleven. De weg van de praktikè die leidt tot de theoria, de contemplatie, het schouwen van God.

We hebben hierover een boeiend gesprek gevoerd. Hoe haalbaar is volmaakt leven? Wat is überhaupt de waarde van vasten, wat is goed en kwaad en wat dient zich als neutraal aan? Leef je onder de wet of onder de genade?

Mij viel op dat in monastieke literatuur meestal de tools lijken te ontbreken om op weg te gaan naar een leven uit genade.
Ik vond dat het Zenboeddhisme daar meer oog voor heeft. Bijvoorbeeld de methode van gedeïdentificeerd blijven kijken naar je emoties, waardoor ze verdwijnen. Welke traditie je volgt, het kost zeker veel tijd om iets van conversio, transformatie of metanoia te ervaren. Ook bij de Zen zie je machtsmisbruik en sexueelmisbruik. Iedereen moet zich steeds weer opnieuw de kernwaarden toe-eigenen.


De Abt vertelde dat iedere traditie wel zijn eigen tools ontwikkelt. Hij deed dat bijvoorbeeld met behulp van de monnikenvader Dorotheos, uit de vijfde eeuw. Een sterk, universeel te begrijpen, geestelijk begeleider. Terecht merkt hij op dat ongeacht welke methode het gaat slijten en op den duur krachteloos kan worden. De kunst van iedere tijd en plaats is: je eigen methoden te ontwikkelen en de bijpassende gereedschappen.
De Abt gaf een mooi voorbeeld om woede bij jezelf te leren waarnemen en loslaten, maar in die situatie wel in contact te blijven met een ander.
Een mooie aanvulling op mijn eigen ervaring en dat van anderen die bij lichaamswerk dit juist individueel uit te werken omdat een ander eigenlijk niets met je woede te maken heeft (Bio-energetica, Osho).
Zowel de Abt als ik gaan er vanuit dat de oude monastieke gewoonte waarbij een leerling zich radicaal openstelt voor zijn geestelijk meester heel waardevol is. Het verhaal van de Heilige Dositheos is hierbij illustratief.

Een boeiende middag met tal van persoonlijke ontboezemingen en getuigenissen van hoe dingen zich oplosten of veranderden.
De slotconclusie was eigenlijk wel dat die negatieve dingen zoals je woede ook weer bijgedragen hebben aan een rijker leven en dat het je spirituele ontwikkeling ten goed kan komen!
I agree!