maandag 12 december 2011

Lourdes anders


Meestal associeer ik Lourdes met Marialiedjes en andere vrome gezangen, die ik na al die jaren zo uit het hoofd meezing en die daardoor ook aan kracht verliezen. Het moet al in een bepaalde context zijn wil ik er nog door geraakt worden. Als er iemand net een bijzonder verhaal heeft verteld of een ervaring deelt.

Ook als ik de massa overzie kan ik bij het zingen van zo'n lied wel volschieten. Ach, al die zieke mensen, al die handicaps, fysiek en geestelijk, wat een onafzienbare stroom ellende...en die nooit zal afnemen.

Als verpleger dacht ik vaak: de ene zieke is nog niet weg of de volgende ligt alweer in dat bed. 
Werkend in de gevangenis overviel me hetzelfde: er komt nooit een einde aan al die criminaliteit en aan al het leed dat er in verscholen ligt en anderen aangedaan wordt.
Toen ik het prachtige boekje van Tsai Chih Chung in handen kreeg, "De wijsheid van Zen", kwam ik daar een verhaal tegen dat me hielp.

Een legerarts vraagt zich daar af waarom hij eigenlijk legerarts is geworden. Iedere keer weer worden mensen naar het front gestuurd en hij moet ze iedere keer maar weer oplappen en vervolgens gaan ze weer de strijd in. De arts raakte in een krisis en verbleef lange tijd in een zenklooster. Ineens begreep hij het! De stilte en het alleenzijn hadden hem duidelijk gemaakt hoe het zit. Ineens wist hij waarom hij steeds weer gewonde militairen moest helpen en ze moest bijstaan: gewoon, omdat hij nu eenmaal legerarts is.

Precies! Waarom alsmaar zieken blijven helpen, ook al weet je dat er nooit een bed leeg zal zijn? Omdat je ziekenbroeder bent!
Waarom criminelen blijven ondersteunen, voor ze bidden en met ze vieren? Gewoon omdat je geestelijk verzorger bent! Zo simpel is het!

Dit jaar ben ik een middag alleen de heiligdommen in Lourdes gaan bezoeken. Ik had mijn iPod mee.
Het ging me om een speciaal lied, die ik nu ter plekke wel eens wilde horen.
Het was er heel druk. We zijn er meestal tegelijk met Italianen, die toch uit zichzelf al druk zijn. Er waren ook veel zieken in wagentjes en op bedden. waarschijnlijk vanwege de Sacramentsprocessie die er iedere middag is, inclusief de ziekenzegen met het Allerheiligste.

Ik zet mijn iPod aan en luister naar Jennifer Warnes. Ze schreef samen met Leonard Cohen de "Song of Bernadette". Het werd een heel bijzondere ervaring! Om met Käthe Kollwitz te spreken zag ik ineens de wereld met liefdevolle ogen! Op een of andere manier los uit de vanzelfsprekende religieuze context.

So many hearts I find
Broke like yours and mine
Torn by what we've done and can't undo
I just want to hold you
Won't you let me hold you
Like Bernadette would do

Ik zag het nu voor mijn ogen gebeuren. Mensen die elkaar troost bieden. Mensen die vol zorg een ander bijstaan. Mensen die samen lachen en glimlachen naar elkaar. Maar ik zie ook het tegendeel: kinderen die lopen te klieren. Mensen die met niemand rekening houden, die hun fototoestel belangrijker vinden dan hun medemens. De huilende eenling. Er wordt gestolen en gefaket, ook dat bestaat in Lourdes. Het past bij wat Jennifer Warnes zingt:

...That there were sorrows to be healed
And mercy, mercy in this world...



Ik kan het niet nalaten het lied vele malen te beluisteren en het op te nemen in een algevoel van Barmhartigheid, van Compassie.
All is well, zoals het boekje "God calling" mij zo vaak liet weten, all is well. Eigenlijk doet iedereen wat hij kan, doet iedereen z'n best, al kiezen ook veel mensen voor enorme omwegen voordat ze de Liefde in hun leven een plek kunnen  geven.

Al wat ik zag en dacht bracht me bij de song van Leonard Cohen "Anthem" met de zin: There is a crack, a crack in everything, that's how the light comes in"... Een mooie zin die ik dit jaar voor mijn nieuwjaarskaart ga gebruiken.

Lourdes werd dit jaar anders voor mij door deze songs hier ter plekke te beluisteren. De werkelijkheid van Lourdes kon ik er anders door beleven. Voller en vervullender omdat het een zaak van mensen is, van Liefde. En daarom voor mij ook met God te maken heeft, in Wie wij ons bestaan hebben.

Op het eind van de middag ben ik in alle rust langs de Gave gaan lopen. Haast onvoorstelbaar dat op zo'n korte afstand van de Grot het zo stil is. Ik geniet enorm van deze rivier, zo helder stromend, zo levendig. Ik denk altijd nog terug aan de bedevaart waarbij we een fles met erin al onze intenties, verdriet, dingen die we los wilden laten, verlangens en wat al niet meer op de stroom lieten wegdrijven.
Ik denk erbij ook altijd aan de ervaringen van Siddhartha met de rivier uit het boek van Hermann Hesse.

Eenmaal neergezeten beluister ik op mijn iPod (wat een geweldige uitvinding is dit toch en wat een fantastisch geluid komt eruit!) mijn lievelingsnummer "Ballad of Easy Rider" van Bob Dylan en gezongen door Roger McGuinn van de gelijknamige CD. Ik vind dat het lied beluisterd moet worden op mijn begrafenis te zijner tijd. Omdat het lied de voortgang en de dynamiek van het leven zo mooi weergeeft. "Alles stroomt". Bob Dylan noemt de weg van het water de weg van God. Zo is het.

Het klinkt eerst wat vreemd en onwennig op deze plek:
The river flows, it flows to the sea,
where ever that river flows, that's where I want to be....
flow river flow...

Ja, deze rivier past helemaal bij deze song
en ik laat me meedrijven met de muziek en de rivier
de grote Stilte in.
Heilige grond, heilig water, heilig moment.
Flow river flow...