maandag 8 augustus 2011

Monumentje voor Dave


Je hebt van die jongens die in de bajes belanden en daar eigenlijk niet horen. Het liefst zou je ze met een rotschop de bajes uitgooien en ze zo duidelijk willen maken dàt ze hier niet horen. Sommige van die jongens zitten op het randje. De eerste tijd kijken ze nog argeloos rond en weten ze niet wat ze horen van die doorgewinterde boeven. Dan ineens breekt er iets in hun ogen en zie je: deze jongen is verloren....en, ja hoor, vele jaren wordt het komen en gaan.

Het begint met baldadigheid. In de bajes leren ze dan van stoere medegedetineerden hoe je het echte werk moet aanpakken. Dan nog regelmatig een jointje tegen de eenzaamheid en ook de potentiële verslaafde is geboren. Ik zou haast zeggen dankzij ons geweldige Justitiële apparaat, al zou ik ook niet weten hoe het anders moet en kun je niemand wat kwalijk nemen.

Dave was zo'n jongen die op het randje zat. Een leuke goedlachse sportieve jongen. Een langharige alto, op het moment dat ik hem leerde kennen. Net als de andere jongens hield hij van Australian trainingspakken en Nikes aan z'n voeten. Hij was nog maar achttien jaar toen hij in de bajes belandde en keek nog helder uit zijn ogen. De andere jongens wisten eigenlijk wel dat hij niet bij hen hoorde. Ze spaarden hem op de één of andere manier. Al participeerde hij wel in het ringgebeuren. Hij was gek op sporten!

Volgens mij attendeerde een bewaarder mij op hem en na een praatje op cel leek het hem wel wat regelmatig met 'de pater' te praten en koffie te drinken, zoals het een goed Brabander betaamt.. Dat hij vast zat vond hij vooral erg vanwege 'ons moederke' die zo heel erg gelovig was, voor hem bad en ook naar een pater ging om te praten. Dave bezocht ook de wekelijkse kerkdiensten. Hij stak kaarsjes op voor thuis. 


Dave belandde zo een paar keer in de bajes. In de tussentijd schreef hij soms brieven aan mij en er sprak altijd geloof en hoop uit. Hij vroeg om een bidprentje van Onze Lieve Vrouwe van de Altijddurende Bijstand en schreef later dat hij 's avonds het gebedje bad op de achterzijde ervan. Daarna rookte hij dan nog een jointje en ging slapen. Ik hield briefcontact met hem van 1993 tot 1995.

Jarenlang niets gehoord...tot ik in 1998 een rouwbrief ontving: Dave was dood. Toch niet...waar las ik dan toch ook weer van die moord? Wel dus...! Hè, hij?
Dave werd in zijn woonplaats neergeschoten door zijn schoonvader op het terras van een café. Dave vluchtte nog van het terras het café in en daar werd hij vermoord. Zijn schoonvader dacht dat hij incest had gepleegd met één van zijn stiefkinderen...Dave dood, slechts 23 jaar oud. Helaas was ik in die periode op vakantie en kon ik niet bij zijn begrafenis zijn.

Kort erna kreeg ik wel contact met zijn moeder. Die incest is natuurlijk nooit gebeurd, dat bleek later ook. Zo'n type was Dave helemaal niet. Wel was hij getrouwd met een meisje in een hem vreemd milieu en had een zoontje. Het zoontje werd tijdenlang verzorgd door zijn ouders omdat de moeder slecht voor haar kind zorgde.

Schoonpa was betrokken in allerlei louche zaken, naar het schijnt, en Dave wilde daar eigenlijk niet in betrokken zijn. De laatste maanden voor zijn dood zat Dave vol angst. Is ook nog kort gedetineerd geweest maar durfde, aldus zijn moeder, uit schaamte geen contact met mij op te nemen. Toen hij weer vrij kwam had ze ook nog bij Dave erop aan gedrongen met mij te praten. Hij deed het niet.


Zijn ouders voelden zich vreselijk machteloos. Dave ging in die tijd veel naar een kapelletje in de buurt van zijn woonplaats, om er te bidden en kaarsjes op te steken. Het mocht niet baten. Ik zie hem als het ware met z'n inmiddels korte haren op dat terras zitten, echt zo'n jungske, vol angst...en dan gebeurt het...ach, neergeschoten worden en dan nog moeten vluchten en dan de dood tegemoet!

Een jaar later was ik aanwezig in de viering tot zijn gedachtenis. Ik had gehoopt op een priester die wat moois zou zeggen over Dave, maar helaas ging de Mis op de automatische piloot. Ik zat bij Dave's ouders, zijn zus, zijn vrienden en vriendinnen. Na de viering gingen we naar zijn graf. Ik installeerde mijn lantarentje met mijn brandend kaarsje. Er stonden verse bloemen.

We spraken over Dave die dag. Ze vertelden dat ze ook nog gewoon zijn verjaardag vierden met zijn vrienden...ach, ze misten Dave zo en zijn zoontje die nu weer aan de moeder was toegewezen. En zij weigerde verder contact. Twee mensen kwijt van wie je zo houdt! Via een collega heb ik nog tijdenlang geprobeerd het contact tussen grootouders en kleinkind te herstellen. Het zat er helaas niet in... Misschien dat hij zelf op zoek gaat naar deze geweldige oma en opa. Hij moet inmiddels een jaar of 14,15 zijn. Ik hoop het.

Ik kreeg het boekje en het bandje van zijn afscheidsviering. Ik voelde me getroffen en ontroerd door de muziek: Lonely together, Eric Clapton's Tears in heaven, Let me live van Queen en tenslotte My heart will go on uit de film Titanic. Op het boekje de foto van Dave met z'n mij zo bekende lach. Wat is er toch met hem gebeurd? Waarom zo'n noodlot? Een echte starcrossed lover.


Later ben ik met Dave's ouders naar dat kapelletje gelopen. Het ligt diep verscholen in een bos. Ik kreeg het gevoel een kruisweg te lopen. Hoeveel keren liep Dave hier niet rond met doodangst? Hij zal Jezus wel begrepen hebben en Jezus hem ook. We ontsteken lichtjes in de kapel voor hem en voor wie nog meer eigenlijk? Licht moet er zijn in deze duisternis.
Er wordt veel over Dave gesproken. Gelukkig heeft niemand het idee dat ik zou weten hoe het allemaal in elkaar steekt. Ik heb geen flauw idee. Zijn ouders zijn toen wel naar een gespreksgroep 'ouders van vermoorde kinderen' gegaan. Die mogelijkheid bestaat gelukkig! En ze helpen elkaar er echt mee!

Voor ik op die zondag naar zijn ouders reed keek ik op mijn scheurkalender. Het was zondag, 27 juni, 1999:
Onze Lieve Vrouw van de Altijddurende Bijstand!
"Moeder" van de Altijddurende Bijstand noemde Dave haar. Dave werd dus van het leven beroofd op haar feestdag.
Op het kalenderblaadje staat een spreuk van Bernardus van Clairvaux: Nooit is iemand, die zijn toevlucht tot Maria nam, in de steek gelaten.
Hij heeft gelijk als je verder kijkt dan deze werkelijkheid. Let me live, zingt door mij heen, ja, leven zal hij in eeuwigheid.

Ieder jaar gedenk ik Dave tijdens het vieren van de Eucharistie, tezamen met Willem een man die zelfmoord pleegde in de gevangenis. Gelovigen schrikken van deze intentie van mij, merk ik. Tja, wie bid er nu voor dat tuig uit de bajes? Ik  dus en zal het blijven doen. Ga zo'n leven maar eens aan. Kom maar eens zo klem te zitten in je leven. Wat weten we ervan?

Het is allemaal alweer zolang geleden, maar ik denk er nog vaak aan terug. Wat is het leven daar intens en heftig. Wat een levensschool is de bajes! Daar ben ik 's Heren gebod gaan begrijpen: Oordeelt niet. Met die twee woorden kan ik nog steeds toe. Ik vond op internet één site waar zijn naam genoemd wordt. Heel sober. Ik voeg er nu dit monumentje aan toe.

In zijn laatste briefje uit 1995 vraagt hij me gauw weer eens wat van me te laten horen; zodat ik weet hoe het met je gaat. En als je een keer genoeg tijd hebt, gaan we een keer ergens wat drinken...
Ik zie hem iets drinken op het terras.
Ik had graag aangeschoven.
Er nadert iemand met een wapen en schiet,
bloedend vlucht hij...
Zijn levenslust en spontaniteit werden uit hem weggeschoten...
See you in Heaven, Dave, see you in Heaven...